Tijdens ons bezoek aan Kroatië hebben we twee korte bezoeken gebracht aan Bosnië-Herzegovina.
De eerste keer
Vanaf het eiland Krk reden we een klein stukje langs de Kroatische kust naar Senj, vanwaar we landinwaarts reden richting het Una National Park, dat grotendeels in Bosnië-Herzegovina ligt. Er zijn enkele grote watervallen die je hier kunt bezoeken.
Onderweg hierheen rijden we langs de Plitvicemeren, maar omdat we hier al twee keer zijn geweest slaan we deze deze keer over.
De eerste waterval die we willen bezoeken is ‘Strbacki Buk’. Het laatste stuk van de weg ernaartoe is niet geasfalteerd door het bos en behoorlijk steil naar beneden, maar dat weerhoudt ons er niet van om met Henry verder te gaan. We parkeren op wat lijkt op een parkeerplaats en lopen het laatste stukje vanaf hier en zien dat er niemand anders is aan deze kant van de rivier ‘Una’. We zien meer mensen aan de andere kant en al snel wordt duidelijk wat de reden is.
Aan de andere kant van de Una, dus de kant van Bosnië – Herzegovina, zien we dat er allerlei wandelpaden zijn om deels over de watervallen te lopen. Nadat we aan deze kant een paar foto’s hadden gemaakt, kwamen we snel Henry weer binnen en reden een stukje noordwaarts om daar de grens over te steken en via een brug de Una over te steken.
Sinds we terug zijn in Haarlem hebben we een grote doos bij ons met daarin een dieselkachel. We hebben dit voor onze reis besteld, maar hadden geen tijd om het te installeren. Bij de grens begon de douanemeneer wat moeizaam. Omdat hij niet in de bus gemonteerd zit, bestaat het risico dat wij hem verkopen en dat we invoerrechten moeten betalen. Hij vroeg om een bonnetje, die wij alleen digitaal hebben, wat hij niet begreep. Uiteindelijk kwam zijn collega langs en besloten ze ons door te laten gaan.
Na het zien van de Strbacki Buk waterval zijn we meteen doorgereden naar de volgende waterval in het plaatsje Martin Brod. Als we hier aankomen is het al donker en parkeren we snel ergens om wat foto’s te maken, maar eigenlijk zijn we al te laat.
Omdat we geen vers voedsel meer bij ons hebben (we hebben wel noodrantsoenen bij ons, maar die willen we pas gebruiken als de nood groot is) gaan we naar dit dorp om voedsel te zoeken. We lopen rond en zien een hotel waar de eigenaar vertelt dat hij alleen maar vis en aardappelen heeft. Als we iets anders willen, verwijst hij ons naar de andere kant van de straat. Daar lopen we een soort restaurant binnen dat meer op een huiskamer lijkt en de aanwezige gasten gaan net weg. De aanwezige vrouw maakte ons duidelijk dat ze alleen een stoofpotachtige maaltijd had, maar na het zien ervan bedankten we haar snel. Hierna reden we nog langs iets anders, maar dat zag er ook niet erg veelbelovend uit, dus keerden we terug naar het hotel waar vis en aardappelen op het menu stonden.
Misschien kun je je er iets van voorstellen?
Je bent in een stadje waar nauwelijks toeristen komen en je loopt een gebouw binnen waarop staat dat het een hotel is. Bij binnenkomst is er geen balie, maar twee zitplaatsen. Er zijn nog twee andere mannen in het hotel en na een paar vragen zeggen ze dat ze uit Bulgarije komen. We vertellen de eigenaar dat we twee keer de vis en twee biertjes gaan bestellen. We worden verzocht plaats te nemen in de hal van het hotel en krijgen twee biertjes aangeboden. Na een kwartiertje mogen we plaatsnemen aan de eenvoudig gedekte tafel en krijgen dan borden met fish and chips, geserveerd met twee partjes citroen en een blaadje sla. Maar toch, de vis smaakte heerlijk, de frietjes waren precies goed en dat blaadje sla… dat was niet nodig.
De volgende ochtend hebben we de watervallen bij Martin Brod goed bekeken en zijn we naar een andere grensovergang gegaan waar we terug Kroatië binnen reden.
De tweede keer
dat we een reis naar Bosnië-Herzegovina maakten, reden we van Split naar Mostar en kwamen hier vroeg in de avond aan.
Na het parkeren van de bus gingen we in de regen op zoek naar een biertje en kwamen terecht bij een bar met lokale bieren. Omdat we buiten de Europese Unie zitten werkt onze internetbundel hier niet en kunnen we gelukkig wel gebruik maken van de WiFi van de bar, dus we blijven nog even zitten. Hierdoor hebben we geen zin meer om zelf te koken en vinden we al snel een restaurant waar we iets te eten hebben.
Nadat we op de parkeerplaats hebben geslapen, gaan we Mostar nog verder verkennen en komen we de eerste bekende oude brug ‘Stari Most’ tegen, gebouwd in de 16e eeuw en die in 1993 werd verwoest tijdens de Kroatisch-Bosnische oorlog.
Hierna bezochten we het genocidemuseum, waar je inzicht krijgt in de verschrikkelijke dingen die tijdens de oorlog zijn gebeurd.
We lezen ook het verhaal van Nedo, een fotograaf en verkenner die van zijn dierbaren hield en zijn best deed om gevangengenomen burgers te bevrijden. Zijn camera, visitekaartje en scoutsdas zijn te zien.
Wij vonden het bezoek aan het museum, net als het bezoek aan Auschwitz, heel transformerend. Mede door enkele videobeelden die worden afgespeeld van het opblazen van de oude brug en waar je onschuldige burgers ziet vermoorden.
Na wat rondgelopen te hebben en verbaasd te zijn over het aantal gebouwen dat tijdens de oorlog verwoest is, maar er nog steeds staat, verlieten we Mostar om naar Blagaj te rijden.
Blagaj is een klein dorp een paar kilometer verderop en dit dorp herbergt een historisch Derwisj-huis gebouwd aan de oevers van de rivier de Duna. Het huis is van binnen te bezichtigen, maar dat hebben wij niet gedaan. We keken naar al het water dat uit de berg stroomde. Dit is het begin van de Duna-rivier. De bron, Vrelo Bune, is een ondergrondse bron.
Het waterpeil was erg hoog toen wij Blagaj bezochten. Dat is te zien aan de eenden die door de lege terrassen zwommen.
Vanuit Blagaj zijn we naar Dubrovnik gereden.